België kent een steeds grotere schaarste aan landbouwgronden, die zich in Vlaanderen nog harder doet voelen dan in Wallonië. De schaarste leidde afgelopen jaren tot een ongekend prijsopdrijvend effect. Al met al zijn de hoge grondprijzen een toegangsbelemmering geworden voor jonge boeren én een knelpunt voor de verduurzaming van de landbouw.
Stijging van de grondprijzen
In de eerste helft van 2021 vond er een forse prijsstijging van landbouwgronden plaats (+10,3%), wat de stijgende trend van de periode 2016-2021 bevestigde (+36,9%). De belangrijkste redenen waren de lage rente en het beperkte aanbod. Sinds begin 2022 lijkt er een kentering in de grondprijzen te zijn opgetreden. In heel België bedroeg de reële prijsstijging per ha in de eerste helft van het jaar slechts 0,5% tot €53.193 per ha. Volgens Notaris.be heeft de oorlog in Oekraïne tot onzekerheid geleid en daardoor tot verminderde interesse in landbouwgronden.
De regionale verschillen tussen Vlaanderen en Wallonië zijn nog onverminderd groot. Zo steeg de prijs met 1,5% in Vlaanderen tot €63.105 per ha en daalde het met 1,4% in Wallonië tot €37.011 per ha. Momenteel bedraagt het prijsverschil per ha tussen Vlaanderen en Wallonië dus €26.000. Maar ook tussen de provincies in Vlaanderen en Wallonië zelf bestaan grote verschillen (zie figuur 1).
De prijs per hectare wordt sterk beïnvloed door een eventueel pachtcontract, de ligging, de omgeving, de bodemstructuur en de kwaliteit van de grond.
Prijsopdrijvende oorzaken
In de periode 2016-2021 beïnvloedden volgens Notaris.be de lage rente en het beperkte aanbod van gronden de sterke prijsstijgingen.
Maar volgens de Vlaamse boerenorganisatie Boerenbond is ook het beleid van de Vlaamse overheid debet aan de opwaartse prijsdruk. Het Agentschap Natuur en Bos (ANB) koopt gronden aan voor bebossing en de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) voor grondenruil. Samen waren deze Vlaamse organisaties in 2020 goed voor de aankoop van 684 ha tegen een gemiddelde prijs van €108.000. Daarnaast zorgt ook de ‘landhonger’ van de Antwerpse haven in verband met haar uitbreiding tot de nodige onttrekking van gronden aan hun agrarische bestemming.
Volgens het Vlaamse onderzoeksinstituut ILVO is er echter nog een derde factor in het spel, namelijk kapitaalkrachtige particulieren en bedrijven uit de retail en verwerkende industrie. De aankoop van de eerste groep leidt tot een zogeheten ‘vertuining en verpaarding’ van agrarisch gebied, terwijl de tweede groep grond opkoopt als belegging, het controleren van de kostprijs en het productieproces, en het zekerstellen van de bevoorrading. Sommige industriële ondernemingen bezitten inmiddels meer dan 400 ha. (tegenover gemiddeld 75 ha per Belgische boer). En tot slot vindt er ook een vorm van concurrentie binnen de agrofoodsector zelf plaats. Zo stuurt bijvoorbeeld de aardappelverwerkende industrie heel sterk aan op uitbreiding van het aardappelareaal in verband met de export van diepgevroren aardappelproducten. Volgens critici gaat deze ontwikkeling ten koste van de lokale landbouwproductie.
Ook wordt er soms naar Nederlandse boeren gewezen, die vanwege de stikstofcrisis in eigen land en de beperkende regelgeving rondom megastallen hun toevlucht tot België zouden nemen en zo zouden bijdragen aan de druk op de grondprijzen. Echter, deze ontwikkeling kan vooralsnog niet worden gestaafd met harde cijfers. Om toch enig zicht te krijgen op deze vermeende ontwikkeling heeft de Vlaamse overheid het mogelijk gemaakt om vanaf 2022 wel de nationaliteit van de grondaankoper vast te leggen.
Roep om tegenactie vanuit het middenveld
Uit verschillende hoeken wordt er geprotesteerd of worden er acties ondernomen tegen de huidige schaarste aan landbouwgrond.
In april 2021 organiseerde het Waalse Réseau de Soutien à l’Agriculture Paysanne (RéSAP) een protestactie tegen aardappelverwerker Clarebout Potatoes in Frameries, en werd daarbij gesteund door het Vlaamse Boerenforum. De protestactie richtte zich tegen de uitbreiding van het aardappelareaal, omdat die, volgens de organisatoren van de protestactie, ten koste zou gaan van de lokale voedselvoorziening. Of neem het protest van Boerenforum in april 2022 tegen de ‘landroof’ van de retailer Colruyt. Dit protest was ingegeven door de angst dat de grondaankopen van Colruyt de autonomie van de boeren ten aanzien van teeltkeuze zou aantasten en de grondprijzen zou opdrijven. Ook riepen 13 middenveldorganisaties uit de landbouw- en natuursector in november 2021 de Vlaamse overheid op om de lijst met toelaatbare functiewijzigingen voor het agrarische gebied te schrappen. En Boerenforum pleit bij de Vlaamse overheid voor de instelling van een openbaar register van de aan- en verkoop en verpachting van landbouwgronden middels een grondobservatorium.
Daarnaast is er een initiatief gestart om enigszins aan de noden van beginnende biologische boeren tegemoet te komen. Zo koopt de Vlaamse stichting De Landgenoten met behulp van aandelen en giften landbouwgrond op en verhuurt ze vervolgens tegen een schappelijk prijs aan beginnende biologische boeren. Het betreft vooralsnog een initiatief op bescheiden schaal.
Acties vanuit de Waalse en Vlaamse overheid
Vanuit de Vlaamse overheid heeft men in de strategische visie van het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen van 2018 wel al vastgelegd dat vrijkomende landbouwbedrijven bij voorkeur hun agrarische functie moeten behouden (maar zoals hierboven gesteld heeft het Vlaamse middenveld de overheid opgeroepen om deze clausule te verscherpen). De provincie Antwerpen experimenteert sinds een paar jaar met een ‘landbouwkompas tegen schaarse grond’. Dit landbouwkompas informeert over de mogelijkheden voor een agrarisch herontwikkeling van een specifieke locatie. De Vlaamse minister van Landbouw heeft al aangegeven te willen bekijken of dit initiatief over heel Vlaanderen kan worden uitgerold.
Ook via de hervorming van de verouderde pachtwet uit 1969 proberen de Waalse en Vlaamse overheden meer grond beschikbaar te houden voor actieve landbouwers. Sinds de overheveling van de pachtwet van het federale naar het regionale niveau in 2014, zijn Vlaanderen en Wallonië verantwoordelijk voor de herziening van de pachtwet.
Wallonië kent na zeer moeizame onderhandelingen sinds 2020 een nieuw Pachtdecreet. Dit decreet moet het misbruik verminderen en het vertrouwen van verpachters vergroten. Zo moeten pachtcontracten voortaan schriftelijk worden opgesteld met vermelding van begin- en einddatum en plaatsbeschrijving, verliest een pachter die met pensioen gaat het voorkooprecht op pachtgrond, is de duur van een gewone pacht beperkt tot maximaal 36 jaar (4×9 jaar), wordt een pacht van lange duur gestimuleerd met een verhoogde pachtprijs en blijft de teeltvrijheid behouden, terwijl een bevoorrechte pachtoverdracht aan familieleden onder voorwaarden nog mogelijk blijft (zie hier voor de hele tekst van het Waalse Pachtdecreet).
Wegens de politieke gevoeligheid van het dossier heeft de vorige Vlaamse regering de herziening van de pachtwet doorgeschoven naar de huidige regering. Alhoewel de herziening van de pachtwet is opgenomen in het huidige Vlaamse regeerakkoord, als ook enkele uitgangspunten (o.a. evenwicht tussen rechten en plichten van pachter en verpachter, teeltvrijheid voor de pachter), toch is het nog altijd wachten op een nieuw wetsvoorstel.
Bron: Agroberichten Buitenland