De jongste jaren is maïskopbrand een ware plaag geworden en sommige rassen zijn hier veel vatbaarder voor dan anderen. Maïskopbrand wordt veroorzaakt door de schimmel Sphacelotheca reiliana. De sporen van de schimmel zitten in de grond en infecteren de kiemplant vanuit de wortel. Met andere woorden: doorheen de groei van de maïsplant, evolueert de ziekte ook mee. Stress door koude en hoge vochtigheid zijn de ideale voedingsbodem voor de schimmel.
Het grote probleem met maïskopbrand is dat de ziekte pas laat zichtbaar wordt ook al is ze manifest aanwezig in de plant. Pas wanneer het zwarte schimmelpluis en de sporen tevoorschijn komen, is het duidelijk dat de planten geïnfecteerd zijn.
Vanaf 10% aantasting is het advies om de maïs apart in te kuilen. Onder die drempel van 10% kan je de maïs nog inkuilen samen met de niet aangetaste planten. Hou er rekening mee dat maïskopbrand in de kuil voor een vieze, zwarte laag zorgt. Het nadeel is dat je hiermee de sporen kan blijven verspreiden. Of die sporen nog kiemkracht hebben na doorgang door de spijsvertering van de koe, is nog niet uit studies gebleken.
Vanaf 25% aantasting is het raadzaam om de maïs niet meer in te kuilen en de oogst te vernietigen. Omdat maïskopbrand een sterk opkomend probleem is, met grote financiële gevolgen voor de boer, heeft Syngenta zijn rassen getest op tolerantie. Uit die test is gebleken dat de rassen van Syngenta duidelijk sterker presteren dan andere veel gezaaide rassen. Vanaf nu is het voor de boer duidelijk welke criteria hij kan hanteren in een doordachte rassenkeuze.