In 2021 worden een aantal maatregelen uit MAP6 verder geïmplementeerd. Bekijk deze nieuwe regels zeker en vast goed voor jouw eigen bedrijf. Er zijn immers belangrijke wijzigingen. Ook aan de mestaangifte is gesleuteld. In onderstaand artikel worden de belangrijkste aspecten verder toegelicht.
Gewijzigde indieningsdatum voor de mest- en wateraangifte
Omwille van de actuele coronasituatie zijn zowel de indieningsdatum van de mestaangifte als die van de wateraangifte verlengd tot 31 maart 2021. Zorg dat je deze datum niet uit het oog verliest want voor een te late indiening krijg je een boete en bovendien loop je een aantal zaken mogelijks mis zoals bijvoorbeeld het behoud van jouw vrijstelling of verlies je jouw derogatie!
Verplichte opgave van de stock aan kunstmest op 01/01/2021 in de mestaangifte
Nieuw bij het invullen van de mestaangifte is dat je ook de stock aan kunstmeststoffen op 01/01/2021 op jouw bedrijf moet opgeven.
Nieuwe gebiedstypes in 2021
Vanaf 2021 zijn er nieuwe, aangepaste gebiedstypes van kracht. Dit kan voor jouw bedrijf betekenen dat er andere maatregelen van toepassing zijn: zo kan het zijn dat je bijvoorbeeld voor de eerste maal een verplichte oppervlakte vanggewassen moet realiseren. Via de bemestingsnormen 2020, die de Mestbank publiceerde midden december op haar loket (www.mestbankloket.be), kan je voor jouw percelen nagaan of er wijzigingen zijn in 2021.
Verplicht gebruik van AGR-GPS-app bij sommige burenregelingen in 2021
Als je vloeibare dierlijke mest zoals drijfmest of effluent met een burenregeling vervoert naar een afnemer die minstens 1 perceel landbouwgrond heeft in gebiedstype 2 of gebiedstype 3, is het gebruik van een AGR-GPS-app verplicht.
Drie leveranciers ontwikkelden een app die je op een smartphone kan gebruiken. Op de website van de VLM vind je hun contactgegevens. Eerst zal je een aantal gegevens moeten registeren bij de Mestbank via hun loket om een AGR-nummer te krijgen. Vervolgens zal je een GPS-dienstverlener moeten inschakelen die zo´n app ontwikkeld heeft. Nadien zal je dan bij het laden en lossen en tijdens het vervoer die GPS-app moeten gebruiken. Ook al beschik je over een vrijstelling toch zal je deze maatregel moeten naleven.
In 2021 wijzigen de gebiedstypes. Dit kan er voor zorgen dat jezelf als afnemer of, als je de aanbieder bent, ook jouw afnemer voor de eerste maal percelen heeft in gebiedstype 2 of 3!
Let op! Voor transporten na 1 augustus zijn er nog strengere regels. Immers, om vloeibare dierlijke mest uit te rijden op een perceel in gebiedstype 2 of 3 (geen gras of geen blijvende teelt) moet je een erkend mestvoerder gebruiken tenzij je als gebruiker van het perceel beschikt over een vrijstelling.
Koppeling tussen SMIL en het burenregelingenloket
Het loket voor het aanmaken van burenregelingen is herwerkt. Zo is er nu een apart luik om transporten voor- en na te melden van en naar de mestverwerking. Verder zijn er automatische koppelingen gemaakt met de keuze mestsamenstelling van een landbouwer en de beschikbare, te gebruiken mestanalyses. De geldigheid van een burenregeling wordt ook beperkt tot de geldigheid van de analyse. Als de keuze mestsamenstelling deze voor forfait was of als er nog geen analyse genomen is op het moment van aanmaken van de burenregeling, is de maximale geldigheidsperiode 3 maanden.
Zelf kan je ook deze gegevens over de analyses ook raadplegen in het mestbankloket. Dit onder het tabblad ‘staalnames\mest’. Hier zijn volgende gegevens terug te vinden
- De verwerkte meststalen
- Status van genomen meststalen
- Meststalen zonder resultaat
- Overzicht BSM (bedrijfsspecifieke mestsamenstelling)
- Overzicht gemaakte mestkeuze
Zorg er steeds voor dat je met de juiste mestcodes rijdt en hiervoor ook de juiste samenstellingswaarden gebruikt. In het verleden hebben we gemerkt dat dit niet altijd het geval was. Als je analyses moet laten nemen zorg er dan ook steeds voor dat de geldigheidsperiode niet verstreken is op het moment dat je mest transporteert.
Let op! Ook in 2021 zal de Mestbank boetes opleggen voor die documenten die niet correct werden opgemaakt of waar een aantal zaken op ontbreken zoals een geldige analyse.
Het (digitale) kunstmestgebruiksregister en – aankoopregister
Het nieuwe digitale kunstmestregister loopt wat vertraging op. De wetsaanpassing die hiervoor nodig is, werd nog niet definitief goedgekeurd. In afwachting daarvan moet je zelf wel steeds een eigen verhandelings- en gebruiksregister bijhouden. Enkel kunstmeststoffen waar N of P in zit, moet je vermelden in de registers. De VLM werkte al een digitaal register uit. Dit kan je bekijken in het mestbankloket. Als je dit zou willen, kan je het ook al gebruiken.
Wijziging derogatievoorwaarden
Er is een belangrijke wijziging voor de benutting van dierlijke mest op een derogatiebedrijf. De stikstofnorm uit dierlijke mest, in kg N per ha, moet op perceelsniveau worden nageleefd en dat op alle percelen van het derogatiebedrijf. Het gevolg is dat de bedrijfsbenadering voor de norm dierlijke stikstofnorm niet meer geldt voor derogatiebedrijven.
Nieuw sinds januari 2021 is dat de derogatie-stikstofstalen via de applicatie SNapp aangevraagd moeten worden. Al sinds midden vorig jaar geldt dat ook voor de derogatie-fosfaatstalen.
Bron: naar Jan Meykens – SBB Accountants & Adviseurs
