Bedenkingen landbouworganisaties bij erkenning droogte als landbouwramp

De Vlaamse regering heeft de droogte van deze zomer inmiddels erkend als landbouwramp. De landbouworganisaties formuleerden meteen hun bedenkingen.
Het ABS duidt er met klem op dat de vergoedingen broodnodig zijn ‘maar in veel gevallen ook niet meer dan een doekje voor het bloeden’. Er wordt immers maar een zeker percentage van de geleden schade – voor 2017 was dat 80 procent – uitbetaald. Voor degene die geen weersverzekering hebben – en dat zijn de meeste boeren – wordt er slechts de helft van de vergoeding waar men recht op heeft uitbetaald.
Er is echter voorzien dat de vergoeding voor teeltschade in het huidige Rampenfonds geschrapt wordt per 1 september 2019. Tegen eind 2019 zou er een systeem van brede weersverzekering moeten bestaan waarop de boer kan inschrijven. Het zou een vorm van private verzekering, de zogenaamde brede weersverzekering, moeten worden, ondersteund door een premiesubsidie van de overheid om het betaalbaar te maken. Net zoals het landbouwrampenfonds zou dit systeem een franchise kennen.
Probleem: op dit moment ‘staat het systeem nog niet eens in zijn kinderschoenen’, schrijft het ABS dat op basis van ervaringen in het buitenland vreest dat een brede weersverzekering onbetaalbaar zal blijken te zijn zodat er veel landbouwers onverzekerd achter zullen blijven.
Vanuit de Boerenbond luidt het dat men ze zich ervan bewust is dat de huidige regeling van het landbouwrampenfonds niet houdbaar is. En ja, dat de sector dus moet evolueren naar  een gelaagd systeem, waarbij de indekking van weersrisico’s ook mee via private verzekeringen gebeurt. “Maar ook in dergelijk systeem moet de Vlaamse overheid een rol blijven spelen. Een substantiële premiesubsidie is absoluut noodzakelijk om dergelijke weersverzekering betaalbaar te maken.  Daarnaast moet ook het rampenfonds zelf blijvend een rol spelen voor de dekking van hoge schadepercentages (het zogenaamd catastrofisch risico waarbij meer dan de helft van de oogst verloren gaat) én voor tussenkomsten bij onverzekerbare risico’s en teelten.”
“Het infaseren van het nieuwe systeem en het uitfaseren van het bestaande systeem moet daarbij goed aansluiten om te vermijden dat boeren en tuinders onverzekerd achterblijven”, schrijft de Boerenbond die daarom expliciet vraagt dat het programmadecreet op dit punt niet definitief wordt goedgekeurd zolang de nieuwe regeling niet ook op punt staat.
Bron: BB en ABS – 27 oktober 2018